Het onderstaande typte ik in het vliegtuig. Inmiddels zijn we veilig thuis. De eerste was zit in het machine en er ligt kaas & brood (dank je mam!) op ons te wachten...
Had je het verhaal over mijn voet gisteren geskipped?
Gedacht dat het echt “TMI”(Too Much Information) was? Heb jij even pech – want
dat verhaal had voor vandaag grote gevolgen.
Dat begon gisterenmiddag (zondagmiddag). De dame van SOS international (de
hulplijn van CZ) benadrukte dat ze toch wel heel graag na afloop van het
doktersbezoek het medical report wilde, om te kijken of ik ‘fit to fly’ was.
Daar schrok ik van. Fit to fly? Natuurlijk. Hoe enthousiast ik ook ben over
Alaska, en hoeveel moois er ook te zien is, ik vind het nu wel mooi geweest.
Tijd om terug te gaan naar Raaf & Koes, naar eigen (dek-)bedden en
boterhammen met hagelslag. Maar goed, ik kan nog rondstrompelen, dus dat zal
wel meevallen. Na 2 mislukte pogingen om de foto’s via een website naar de
medisch adviseur te sturen, lukt het me zondagavond rond 8 uur dan toch om het
medical report bij de hulplijn te krijgen.
Ze mailden om 11 uur ’s avonds terug. Ze ging overleggen met
haar medisch adviseur. En, indien nodig, schakelen ze de reisverzekering in,
want die zou dan kijken hoe ze mijn naar Nederland krijgen. Euh… gewoon met de
vlucht van maandag? Ik was tenslotte al ingecheckt. Voor de zekerheid mailde ik
toen maar alle gegevens van mijn vlucht naar de hulplijn, vertelde ze nog even
dat ik graag bij de rest van mijn gezin bleef en wenste ze een goede nachtrust.
Om kwart voor 7 maandagochtend werd ik wakker gebeld door de andere
hulplijn - die van de reisverzekering. Die
hadden net mijn file overgedragen gekregen van de zorgverzekeringhulplijn. De
medisch adviseur had gekeken en wilde dat ik businessclass terugvloog. Op dat
moment was het in Nederland kwart voor vijf en was hun reisbureau al bezig om
mij om te boeken. Inderdaad, zo 8 uur
voor het vertrek van de vlucht. Het enige wat ik zelf moest doen was mijn
economy class ticket annuleren. Op de luchthaven hadden ze al
rolstoelondersteuning geregeld. Ze wenste me nog veel sterkte met de voet, en
een fijne terugreis.
Oeps. Toen de dokter me gisteren behoorlijk wat medicijnen
voorschreef (en ook meteen voor 10 dagen) had ik natuurlijk zelf kunnen
bedenken dat het niet zo goed ging met de linkervoet en dat rust hard nodig
was. Maar dat het zo serieus is dat Interpolis veel geld over heeft om mij
veilig thuis te krijgen?
Op de luchthaven was het top geregeld. De dame zag mijn
ticket en bestelde gelijk een rolstoel. En, eerlijk is eerlijk, het was prettig
om niet te veel te moeten strompelen, maar door je eigen pubers gereden te
worden. Bijkomend voordeel: iedereen laat je voor. Nog een voordeel: ook de
ambtenaren doen erg hun best om lief voor je te zijn. Voor zover dat kan bij
een Amerikaanse douane beambte. Klein nadeeltje (Ik leef met je mee pap) je
ziet zo wel heel veel euh… konten…
Maar goed. Hier zit ik dus. In de businessclass. In mijn
eentje. Want de overige gezinsleden zijn onder begeleiding van een andere ouder
en blijven dus in de economy zitten. Ik maak er maar het beste van. Natuurlijk
lijkt dat een fluitje van een cent met een noise-cancelling headset, een donzen
dekentje, champagne bij het instappen, 3 gangen menu en wijn bij het eten. En
met vooral veel ruimte om me heen kan ik mijn voet inderdaad beter wegleggen.
Het enige wat hier mist? De hand van Carlijn om geruststellend in te knijpen
als we stijgen of dalen. Of een sterk verhaal van Jasper over iets wat zich
ergens afspeelt. Of Bart die zo lief is
om iets uit de tas te pakken of pepermuntjes
mee te delen.
Het blijft toch behelpen, zo’n business classs…